Ontmoeten (rencontrer) - Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Présent de l'indicatif, indicatif) Partager Copié !
Ontmoeten - Conjugaison de Rencontrer en néerlandais : tableau de conjugaison, exemples et exercices au présent continu, mode indicatif (Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs).
Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Présent de l'indicatif, indicatif)
Toutes les conjugaisons et les temps: Ontmoeten (rencontrer) - Conjugaison des verbes et exercices
Programme : cours de néerlandais - Karakter en persoonlijkheid (Caractère et personnalité)
Conjugaison de rencontrer au présent de l'indicatif
| Néerlandais | Français |
|---|---|
| ik ontmoet | je rencontre |
| jij ontmoet/ontmoet jij | tu rencontres |
| hij/zij/het ontmoet | il/elle/on rencontre |
| wij ontmoeten | nous rencontrons |
| jullie ontmoeten | vous rencontrez |
| zij ontmoeten | Ils/elles rencontrent |
Exemples de phrases
| Néerlandais | Français |
|---|---|
| Ik ontmoet een vriendelijke buurvrouw. | Je rencontre une voisine amicale. |
| Ontmoet jij ook een eerlijke collega? | Rencontrez-vous aussi un collègue honnête ? |
| Hij ontmoet een verlegen kind op school. | Il rencontre un enfant timide à l'école. |
| Wij ontmoeten vaak vriendelijke mensen. | Nous rencontrons souvent des gens aimables. |
| Ontmoeten jullie die slimme jongen weer? | Rencontrez-vous encore ce garçon intelligent ? |
| Zij ontmoeten altijd nieuwe mensen. | Ils rencontrent toujours de nouvelles personnes. |
Exercice: Conjugaison des verbes
Instruction: Choisissez la bonne forme.
jij, ontmoeten, ontmoet
1.
Ik ... een vriendelijke buurvrouw.
(Je rencontre une voisine amicale.)
2.
... ... ook een eerlijke collega?
(Rencontrez-vous aussi un collègue honnête ?)
3.
Hij ... een verlegen kind op school.
(Il rencontre un enfant timide à l'école.)
4.
Wij ... vaak vriendelijke mensen.
(Nous rencontrons souvent des gens aimables.)
5.
... jullie die slimme jongen weer?
(Rencontrez-vous encore ce garçon intelligent ?)
6.
Zij ... altijd nieuwe mensen.
(Ils rencontrent toujours de nouvelles personnes.)