Organiseren (organiser) - Onvoltooid toekomende tijd (OTTk), aantonende wijs (Futur antérieur, indicatif) Partager Copié !

Organiseren - Conjugaison du verbe organiser en néerlandais : tableau de conjugaison, exemples et exercices au futur antérieur de l’indicatif. (Onvoltooid toekomende tijd (OTTk), aantonende wijs).
Onvoltooid toekomende tijd (OTTk), aantonende wijs (Futur antérieur, indicatif)
Toutes les conjugaisons et les temps: Organiseren (organiser) - Conjugaison des verbes et exercices
Programme : cours de néerlandais - Organisatie en delegatie (Organisation et délégation)
Conjugaison de organiser au futur simple
Néerlandais | Français |
---|---|
(ik) zal organiseren | je organiserai |
(jij) zult organiseren / zal organiseren | tu organiseras / il organisera |
(hij/zij/het) zal organiseren | il/elle organise |
(wij) zullen organiseren | nous organiserons |
(jullie) zullen organiseren | vous organiserez |
(zij) zullen organiseren | ils organiseront |
Exemples de phrases
Néerlandais | Français |
---|---|
Ik zal de vergadering organiseren morgen. | J'organiserai la réunion demain. |
Jij zult het project organiseren volgens plan. | Tu organiseras le projet selon le plan. |
De leider zal de communicatie organiseren. | Le chef organisera la communication. |
Wij zullen het systeem organiseren voor het team. | Nous organiserons le système pour l'équipe. |
Jullie zullen de taken organiseren tijdens het overleg. | Vous organiserez les tâches pendant la réunion. |
Zij zullen een dringende melding organiseren. | Ils organiseront une alerte urgente. |
Exercice: Conjugaison des verbes
Instruction: Choisissez la bonne forme.
zal, zult, zullen, organiseren
1.
Ik ... de vergadering ... morgen.
(J'organiserai la réunion demain.)
2.
Wij ... het systeem ... voor het team.
(Nous organiserons le système pour l'équipe.)
3.
De leider ... de communicatie ....
(Le chef organisera la communication.)
4.
Jij ... het project ... volgens plan.
(Tu organiseras le projet selon le plan.)
5.
Jullie ... de taken ... tijdens het overleg.
(Vous organiserez les tâches pendant la réunion.)
6.
Zij ... een dringende melding ....
(Ils organiseront une alerte urgente.)