Optillen (soulever) - Conjugaison des verbes et exercices Partager Copié !

Conjugaison de optillen (soulever) pour tous les temps verbaux avec des phrases d'exemple et des exercices.

Matériel d'apprentissage qui met en œuvre ce verbe:

Niveau: A2

Module 4: Levensstijl (Mode de vie)

Leçon 28: Oefening en levensstijl (Exercice et style de vie)

Infinitief	Voltooid deelwoord
Optillen (soulever)	Opgetild (soulevé)

Temps de verbe

Aantonende wijs

Néerlandais	Français
(ik) heb opgetild	j'ai soulevé
(jij) hebt opgetild / hebt opgetild	tu as soulevé
(hij/zij/het) heeft opgetild	il a soulevé
(wij) hebben opgetild	nous avons soulevé
(jullie) hebben opgetild	vous avez soulevé
(zij) hebben opgetild	ils ont soulevé

Néerlandais	Français
(ik) heb opgetild	j'ai soulevé
(jij) hebt opgetild / hebt opgetild	tu as soulevé
(hij/zij/het) heeft opgetild	il/elle a soulevé
(wij) hebben opgetild	nous avons soulevé
(jullie) hebben opgetild	vous avez soulevé
(zij) hebben opgetild	ils ont soulevé

Néerlandais	Français
(ik) zal/zou hebben opgetild	j'aurai soulevé / je souleverais
(jij) zal/zou hebben opgetild	tu auras/saurais soulevé
(hij/zij/het) zal/zou hebben opgetild	il/elle/on aurait soulevé
(wij) zullen/zouden hebben opgetild	nous aurons/saurions soulevé
(jullie) zullen/zouden hebben opgetild	vous aurez/sauriez soulevé
(zij) zullen/zouden hebben opgetild	ils auront soulevé

Conditionele wijs

Néerlandais	Français
ik zou opgetild hebben	j'aurais soulevé
jij zou opgetild hebben	tu aurais soulevé
hij/zij/het zou opgetild hebben	il/elle/on aurait soulevé
wij zouden opgetild hebben	nous aurions soulevé
jullie zouden opgetild hebben	vous auriez soulevé
zij zouden opgetild hebben	ils auraient soulevé

Imperatief (gebiedende wijs)

Néerlandais	Français
Optil!	tu souleves