Nemen (prendre) - Conjugaison des verbes et exercices

Conjugaison de nemen (prendre) pour tous les temps verbaux avec des phrases d'exemple et des exercices.

 Nemen (prendre) - Conjugaison des verbes et exercices

Matériel d'apprentissage qui met en œuvre ce verbe:

Niveau: A1

Module 6: De stad en het dorp (La ville et le village)

Leçon 39: Eten bestellen en uit eten gaan (Commander de la nourriture et dîner au restaurant)

Infinitief Voltooid deelwoord
Nemen (Prendre) Genomen (pris)

Temps de verbe

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Néerlandais Français
(ik) neem je prends
(jij) neemt / neem tu prends / tu prends
(hij/zij/het) neemt il/elle/on prend
(wij) nemen nous prenons
(jullie) nemen vous prenez
(zij) nemen elles prennent

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Néerlandais Français
(ik) nam j'ai pris
(jij) nam/namt tu as pris
(hij/zij/het) nam il/elle/on a pris
(wij) namen nous avons pris
(jullie) namen vous avez pris
(zij) namen elles prirent

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Néerlandais Français
(ik) heb genomen j'ai pris
(jij) hebt genomen tu as pris
(hij/zij/het) heeft genomen il/elle a pris
(wij) hebben genomen nous avons pris
(jullie) hebben genomen vous avez pris
(zij) hebben genomen ils ont pris

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Néerlandais Français
(ik) heb genomen j'ai pris
(jij) hebt genomen tu as pris
(hij/zij/het) heeft genomen il/elle/on a pris
(wij) hebben genomen nous avons pris
(jullie) hebben genomen vous avez pris
(zij) hebben genomen ils ont pris

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Néerlandais Français
(ik) zal genomen hebben je prendrai
(jij) zult/zal genomen hebben tu auras pris
(hij/zij/het) zal genomen hebben il/elle/on aura pris
(wij) zullen genomen hebben nous aurons pris
(jullie) zullen genomen hebben vous aurez pris
(zij) zullen genomen hebben ils auront pris

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Néerlandais Français
(ik) zal genomen hebben je prendrai
(jij) zult/zal genomen hebben tu auras pris
(hij/zij/het) zal genomen hebben il/elle aura pris
(wij) zullen genomen hebben nous aurons pris
(jullie) zullen genomen hebben vous aurez pris
(zij) zullen genomen hebben ils auront pris
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Néerlandais Français
(ik) zou nemen je prendrais
(jij) zou nemen tu prendrais
(hij/zij/het) zou nemen il/elle prendrait
(wij) zouden nemen nous prendrions
(jullie) zouden nemen vous prendriez
(zij) zouden nemen ils prendraient

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Néerlandais Français
(ik) zou genomen hebben j'aurais pris
(jij) zou genomen hebben tu aurais pris
(hij/zij/het) zou genomen hebben il aurait pris
(wij) zouden genomen hebben nous aurions pris
(jullie) zouden genomen hebben vous auriez pris
(zij) zouden genomen hebben ils auraient pris
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Néerlandais Français
Neem! prends