Directives pédagogiques +/- 15 minutes

Audio et vidéo

  1. 'Voordat' indique une action qui se passe en premier.
  2. 'Nadat' indique une action ultérieure.
  3. Utilisez 'als' et 'wanneer' pour des actions futures ou conditionnelles.
TijdsbepalingBetekenisVoorbeeld
Voordat (Avant)Gebeurtenis vooraf (Événement préalable)Voordat ik ga werken, ontbijt ik. (Avant d'aller travailler, je prends le petit-déjeuner.)
Nadat (Après)Gebeurtenis achteraf (Événement ultérieur)Nadat ik heb gegeten, poets ik mijn tanden. (Après avoir mangé, je me brosse les dents.)
Als (Si)Bij een voorwaarde (À condition que)Als ik ga slapen, poets ik mijn tanden. (Quand je vais dormir, je me brosse les dents.)
Wanneer (Lorsque)Specifiek moment (Moment spécifique)Wanneer mijn huid droog is, gebruik ik zalf. (Quand ma peau est sèche, j'utilise de la pommade.)

Exercice 1: Tijdsbepalingen: voordat, nadat, als, wanneer

Instruction: Remplissez le mot correct.

Afficher la traduction Montrez les réponses

wanneer, nadat, Voordat, als, voordat

1.
Ik was mijn handen ... ik ga slapen.
(Je me lave les mains avant de me coucher.)
2.
Hij doet nog snel gel in zijn haren ... hij naar het werk vertrekt.
(Il met rapidement du gel dans ses cheveux avant de partir au travail.)
3.
Je moet je deodorant gebruiken ... je naar buiten gaat.
(Tu dois utiliser ton déodorant quand tu sors.)
4.
Ze gaat naar de apotheek ... ze een nieuwe zalf nodig heeft.
(Elle va à la pharmacie lorsqu'elle a besoin d'une nouvelle pommade.)
5.
Ik gebruik shampoo ... ik mijn haar nat gemaakt heb.
(J'utilise du shampooing après avoir mouillé mes cheveux.)
6.
Je moet zeep gebruiken ... je jouw handen wast.
(Tu dois utiliser du savon lorsque tu te laves les mains.)
7.
... ik naar de tandarts ga, poets ik mijn tanden erg grondig.
(Avant d'aller chez le dentiste, je me brosse les dents très soigneusement.)
8.
Hij poetst zijn tanden ... hij ontbeten heeft.
(Il se brosse les dents après avoir pris le petit déjeuner.)

Exercice 2: Choix multiple

Instruction: Choisissez dans chaque série la phrase qui utilise correctement « avant que », « après que », « si » ou « lorsque » pour indiquer le temps ou une condition.

1.
'Voordat' moet gevolgd worden door een hele handeling zonder extra hulpwerkwoorden in deze context. 'Heb genomen' klinkt onnodig en onnatuurlijk.
'Als' is hier onjuist, omdat het om een volgorde gaat. Ook is de woordvolgorde van 'gehad heb' niet natuurlijk.
2.
Het onderwerp 'ik' moet direct ná 'voordat' komen; deze zin mist het onderwerp in de bijzin.
Er ontbreekt een komma na de bijzin, waardoor de zin lastig te begrijpen is. De komma is belangrijk om de zinsstructuur duidelijk te maken.
3.
De woordvolgorde is fout: het onderwerp 'mijn handen' hoort na het werkwoord te staan, niet ertussen.
In de bijzin moet de voltooide tijd worden gebruikt ('heb gewassen'), niet de onvoltooide tijd ('was').
4.
De juiste volgorde in een bijzin is 'droog is', niet 'is droog'.
De woordvolgorde van onderwerp en werkwoord is onjuist; in een bijzin staat het onderwerp vóór de persoonsvorm.