Terugbrengen (rendre) - Conjugaison des verbes et exercices Partager Copié !

Conjugaison de terugbrengen (rendre) pour tous les temps verbaux avec des phrases d'exemple et des exercices.

Matériel d'apprentissage qui met en œuvre ce verbe:

Niveau: A2

Module 1: Reizen: op avontuur! (Voyager : en pleine nature !)

Leçon 5: Transport huren (Louez votre moyen de transport)

Infinitief	Voltooid deelwoord
Terugbrengen (Rendre)	Teruggebracht (Rendu)

Temps de verbe

Aantonende wijs

Néerlandais	Français
(ik) breng terug	je rends
(jij) brengt terug / breng jij terug	tu rends / rends-tu
(hij/zij/het) brengt terug	il/elle/on rend
(wij) brengen terug	nous rendons
(jullie) brengen terug	vous rendez
(zij) brengen terug	ils rendent

Néerlandais	Français
(ik) bracht terug	j'ai rendu
(jij) bracht terug/ bracht jij terug	tu as rendu
(hij/zij/het) bracht terug	il/elle/on a rendu
(wij) brachten terug	nous avons rendu
(jullie) brachten terug	vous avez rendu
(zij) brachten terug	ils rendaient

Néerlandais	Français
(ik) heb teruggebracht	j'ai rendu
(jij) hebt teruggebracht / hebt teruggebracht	tu as rendu
(hij/zij/het) heeft teruggebracht	il/elle a rendu
(wij) hebben teruggebracht	nous avons rendu
(jullie) hebben teruggebracht	vous avez rendu
(zij) hebben teruggebracht	ils ont rendu

Néerlandais	Français
ik heb teruggebracht	j'ai rendu
jij hebt/heb teruggebracht	tu as rendu
hij/zij/het heeft teruggebracht	Il/elle/on a rendu
wij hebben teruggebracht	nous avons rendu
jullie hebben teruggebracht	vous avez rendu
zij hebben teruggebracht	Ils ont rendu

Néerlandais	Français
(ik) zal terugbrengen	je rendrai
(jij) zal terugbrengen / zult terugbrengen	tu rendras
(hij/zij/het) zal terugbrengen	il/elle/il rendra
(wij) zullen terugbrengen	nous rendrons
(jullie) zullen terugbrengen	vous rendrez
(zij) zullen terugbrengen	ils rendront

Néerlandais	Français
(ik) zal hebben teruggebracht	j'aurai rendu
(jij) zal hebben teruggebracht / zul hebben teruggebracht	tu auras rendu
(hij/zij/het) zal hebben teruggebracht	il aura rendu
(wij) zullen hebben teruggebracht	nous aurons rendu
(jullie) zullen hebben teruggebracht	vous aurez rendu
(zij) zullen hebben teruggebracht	ils auront rendu

Conditionele wijs

Néerlandais	Français
ik zou teruggebracht hebben	j'aurais rendu
jij zou teruggebracht hebben	tu aurais rendu
hij/zij/het zou teruggebracht hebben	il/elle/on aurait rendu
wij zouden teruggebracht hebben	nous aurions rendu
jullie zouden teruggebracht hebben	vous auriez rendu
zij zouden teruggebracht hebben	Ils rendraient

Néerlandais	Français
ik zou teruggebracht hebben	j'aurais rendu
jij zou teruggebracht hebben	tu aurais rendu
hij/zij/het zou teruggebracht hebben	il/elle/on aurait rendu
wij zouden teruggebracht hebben	nous aurions rendu
jullie zouden teruggebracht hebben	vous auriez rendu
zij zouden teruggebracht hebben	Ils auraient rendu

Imperatief (gebiedende wijs)

Néerlandais	Français
Breng terug!	Rends-le