Solliciteren (postuler) - Conjugaison des verbes et exercices

Conjugaison de solliciteren (postuler) pour tous les temps verbaux avec des phrases d'exemple et des exercices.

 Solliciteren (postuler) - Conjugaison des verbes et exercices

Matériel d'apprentissage qui met en œuvre ce verbe:

Niveau: A2

Module 6: Op het werk (Au travail)

Leçon 37: Op zoek naar een baan (À la recherche d'un emploi)

Infinitief Voltooid deelwoord
Solliciteren (postuler) Gesolliciteerd (sollicité)

Temps de verbe

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Néerlandais Français
(ik) solliciteer je postule
(jij) solliciteert/solliciteer tu postules/postule
(hij/zij/het) solliciteert il/elle/on postule
(wij) solliciteren nous postulons
(jullie) solliciteren vous postulez
(zij) solliciteren ils postulent

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Néerlandais Français
(ik) solliciteerde j'ai postulé
(jij) solliciteerde/solliciteerde tu postulais
(hij/zij/het) solliciteerde il/elle/on a postulé
(wij) solliciteerden nous postulions
(jullie) solliciteerden vous postuliez
(zij) solliciteerden ils postulaient

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Néerlandais Français
(ik) heb gesolliciteerd J'ai postulé
(jij) hebt gesolliciteerd / hebt gesolliciteerd tu as postulé
(hij/zij/het) heeft gesolliciteerd il/elle/on a postulé
(wij) hebben gesolliciteerd nous avons postulé
(jullie) hebben gesolliciteerd vous avez postulé
(zij) hebben gesolliciteerd ils ont postulé

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Néerlandais Français
(ik) heb gesolliciteerd j'ai postulé
(jij) heb hebt gesolliciteerd / hebt gesolliciteerd tu as postulé / as postulé
(hij/zij/het) heeft gesolliciteerd il/elle/on a postulé
(wij) hebben gesolliciteerd nous avons postulé
(jullie) hebben gesolliciteerd vous avez postulé
(zij) hebben gesolliciteerd ils ont postulé

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Néerlandais Français
(ik) zal solliciteren je vais postuler
(jij) zal solliciteren / zult solliciteren tu postuleras
(hij/zij/het) zal solliciteren il/elle postulera
(wij) zullen solliciteren nous postulerons
(jullie) zullen solliciteren vous postulez
(zij) zullen solliciteren ils postuleront

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Néerlandais Français
(ik) zal gesolliciteerd hebben j'aurai postulé
(jij) zal gesolliciteerd hebben / zul gesolliciteren hebben tu auras postulé / tu postuleras
(hij/zij/het) zal gesolliciteerd hebben il aura postulé
(wij) zullen gesolliciteerd hebben nous aurons postulé
(jullie) zullen gesolliciteerd hebben vous aurez postulé
(zij) zullen gesolliciteerd hebben ils auront postulé
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Néerlandais Français
(ik) zou solliciteren je postulerais
(jij) zou solliciteren tu postulerais
(hij/zij/het) zou solliciteren il/elle/on postulerait
(wij) zouden solliciteren nous postulerions
(jullie) zouden solliciteren vous postuleriez
(zij) zouden solliciteren ils postuleraient

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Néerlandais Français
ik zou gesolliciteerd hebben je aurais postulé
jij zou gesolliciteerd hebben tu aurais postulé
hij/zij/het zou gesolliciteerd hebben il/elle/on aurait postulé
wij zouden gesolliciteerd hebben nous aurions postulé
jullie zouden gesolliciteerd hebben vous auriez postulé
zij zouden gesolliciteerd hebben ils auraient postulé
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Néerlandais Français
Solliciteer! Postule