10K+ étudiants - 4.8/5
Apprenez avec un professeur Matériel d'apprentissage inclus Pratiquez la conversation

Melden (signaler) - Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Présent de l'indicatif, indicatif)

Melden (signaler) - Conjugaison des verbes et exercices

Melden - Conjugaison de signaler en néerlandais : tableau de conjugaison, exemples et exercices au présent continu, mode indicatif (Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs).

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT), aantonende wijs (Présent de l'indicatif, indicatif)

Toutes les conjugaisons et les temps: Melden (signaler) - Conjugaison des verbes et exercices

Programme : cours de néerlandais - Op hotel (À l'hôtel)

Conjugaison du verbe signaler au présent de l'indicatif

Néerlandais Français
(ik) meld je signale
(jij) meldt/meld tu signales
(hij/zij/het) meldt il/elle/on signale
(wij) melden nous signalons
(jullie) melden vous signalez
(zij) melden elles signalent

Exemples de phrases

Néerlandais Français
Ik meld het probleem bij de receptie. Je signale le problème à la réception.
Meld je het lawaai bij de receptie? Signalez-vous le bruit à la réception ?
Hij meldt het uitzicht op zee aan de receptie. Il signale la vue sur la mer à la réception.
Wij melden het defect van de sleutel meteen. Nous signalons immédiatement la panne de la clé.
Melden jullie extra handdoeken bij de receptie? Signalez-vous des serviettes supplémentaires à la réception ?
Zij melden het probleem met het balkon vandaag. Ils signalent le problème avec le balcon aujourd'hui.

Exercice: Conjugaison des verbes

Instruction: Choisissez la bonne forme.

Afficher la traduction Montrez les réponses

meld, meldt, melden

1.
... je het lawaai bij de receptie?
(Signalez-vous le bruit à la réception ?)
2.
Wij ... het defect van de sleutel meteen.
(Nous signalons immédiatement la panne de la clé.)
3.
Ik ... het probleem bij de receptie.
(Je signale le problème à la réception.)
4.
Hij ... het uitzicht op zee aan de receptie.
(Il signale la vue sur la mer à la réception.)
5.
Zij ... het probleem met het balkon vandaag.
(Ils signalent le problème avec le balcon aujourd'hui.)
6.
... jullie extra handdoeken bij de receptie?
(Signalez-vous des serviettes supplémentaires à la réception ?)