10K+ étudiants - 4.8/5
Apprenez avec un professeur Matériel d'apprentissage inclus Pratiquez la conversation

Afvallen (maigrir) - Conjugaison des verbes et exercices

Conjugaison de afvallen (maigrir) pour tous les temps verbaux avec des phrases d'exemple et des exercices.

Afvallen (maigrir) - Conjugaison des verbes et exercices

Matériel d'apprentissage qui met en œuvre ce verbe:

Niveau: A2

Module 4: Levensstijl (Mode de vie)

Leçon 25: Gezonde voeding en gewoontes (Alimentation et habitudes saines)

Infinitief Voltooid deelwoord
Afvallen (maigrir) Afgevallen (perdu du poids)

Temps de verbe

Aantonende wijs

Onvoltooid tegenwoordige tijd (OTT) 

Néerlandais Français
(ik) val af je maigris
(jij) valt af / val af tu maigris / maigris
(hij/zij/het) valt af il/elle/on maigrit
(wij) vallen af nous maigrissons
(jullie) vallen af vous maigrissez
(zij) vallen af elles maigrissent

Onvoltooid verleden tijd (OVT) 

Néerlandais Français
(ik) viel af j'ai maigri
(jij) viel af / viel af tu as maigri
(hij/zij/het) viel af il/elle/on a maigri
(wij) vielen af nous avons maigri
(jullie) vielen af vous avez maigri
(zij) vielen af ils maigrissaient

Voltooid tegenwoordige tijd (VTT) 

Néerlandais Français
ik ben afgevallen j'ai maigri
jij bent afgevallen / ben je afgevallen tu as maigri / as-tu maigri
hij/zij/het is afgevallen il/elle/on a maigri
wij zijn afgevallen nous avons maigri
jullie zijn afgevallen vous avez maigri
zij zijn afgevallen ils ont maigri

Voltooid verleden tijd (VVT) 

Néerlandais Français
ik ben afgevallen j'ai maigri
jij bent afgevallen / ben jij afgevallen? tu as maigri / as-tu maigri ?
hij/zij/het is afgevallen il/elle a maigri
wij zijn afgevallen nous avons maigri
jullie zijn afgevallen vous avez maigri
zij zijn afgevallen ils ont maigri

Onvoltooid toekomende tijd (OTTk) 

Néerlandais Français
(ik) zal afvallen je maigrirai
(jij) zal afvallen/zult afvallen tu maigriras
(hij/zij/het) zal afvallen il/elle/on maigrira
(wij) zullen afvallen nous maigrirons
(jullie) zullen afvallen vous maigrirez
(zij) zullen afvallen elles maigriront

Voltooid toekomende tijd (VTTk) 

Néerlandais Français
(ik) zal zijn afgevallen / zal afgevallen zijn j'aurai maigri
(jij) zal zijn afgevallen / zal afgevallen zijn tu seras maigri / tu auras maigri
(hij/zij/het) zal zijn afgevallen / zal afgevallen zijn il/elle/on aura maigri
(wij) zullen zijn afgevallen / zullen afgevallen zijn nous serons maigris
(jullie) zullen zijn afgevallen / zullen afgevallen zijn vous aurez maigri
(zij) zullen zijn afgevallen / zullen afgevallen zijn ils auront maigri
Conditionele wijs

Conditionele Tegenwoordige Tijd (CTT) 

Néerlandais Français
(ik) zou afvallen je maigrirais
(jij) zou afvallen tu maigrirais
(hij/zij/het) zou afvallen il/elle/on maigrirait
(wij) zouden afvallen nous maigririons
(jullie) zouden afvallen vous maigririez
(zij) zouden afvallen ils maigriraient

Conditionele Verleden Tijd (CVT) 

Néerlandais Français
ik zou afgevallen zijn je serais maigrI
jij zou afgevallen zijn tu serais maigri
hij/zij/het zou afgevallen zijn il/elle aurait maigri
wij zouden afgevallen zijn nous serions maigris
jullie zouden afgevallen zijn vous seriez maigris
zij zouden afgevallen zijn ils auraient maigri
Imperatief (gebiedende wijs)

Gebiedende wijs 

Néerlandais Français
Val af! tu maigris